Hersenschudding: Herken direct wat er mis is!

Hersenschudding: Herken direct wat er mis is!

Wat moet je als begeleider doen en laten? 

Op alle niveaus en binnen alle leeftijdscategorieën kan een voetballer tijdens een training of wedstrijd een hersenschudding oplopen, hoofden tegen elkaar, elleboogstoot e.d. 

Het is belangrijk dat trainers/begeleiders weten wat ze moeten doen. Het verkeerd omgaan met een hersenschudding kan namelijk tot levensgevaarlijke situaties leiden en brengt risico’s met zich mee die bij het slachtoffer blijvende complicaties kunnen veroorzaken. 

Herkennen
Er zijn een aantal tekenen van een mogelijke hersenschudding, die je als trainer/begeleider kunt herkennen:

  • buiten bewustzijn raken (ook al is het maar heel even);
  • verdoofd, suf of duizelig optreden;
  • verward of ongewoon gedrag;
  • traag in het beantwoorden van vragen;
  • ongecoördineerde of onhandige bewegingen;
  • vergeetachtigheid;
  • onvoldoende op testen scoren (zie verder). 

Klachten
Ook de sporter zelf zal – indien niet buiten bewustzijn – veelal in staat zijn om spontaan of desgevraagd te vertellen hoe hij/zij zich voelt:

  • verward/niet helder;
  • misselijk;
  • duizelig, slecht evenwicht;
  • hoofdpijn;
  • extra gevoelig voor licht of geluid. 

Testen
Naast het waarnemen van de situatie en het aanhoren en observeren van de sporter, kun je als trainer/begeleider een aantal testen doen. Aan de hand van een aantal vragen kun je de ernst van de situatie in kaart brengen. De speler mag daarbij overigens een enkel foutje maken. 

Oriëntatietest

  • bij welke vereniging zijn we?
  • in welke stad/dorp zijn we?
  • in welke maand zitten we?
  • welke dag is het? 

Geheugentest

  • wat is je positie op het veld?
  • Wat is de stand?
  • Spelen we de eerste of de tweede helft?
  • Wie heeft er gescoord?
  • weet je wat er met je is gebeurd?
  • herhaal de volgende drie woorden: kunstgras, penalty, hoekschop. 

Concentratietest

noem de dagen van de week, van achteren naar voren, te begonnen met vandaag;

herhaal de volgende nummers achterwaarts: 36(dus 63) en 419(914). 

Geheugencheck

kun je de drie woorden die je eerder moest herhalen nog eens in de goede volgorde zeggen (kunstgras, penalty, hoekschop)? 

Gradaties
Naar aanleiding van je waarnemingen, het aanhoren en observeren van het slachtoffer en de uitkomsten van de testen, kun je als trainer een beeld vormen van de ernst van de situatie. Soms is die zo ernstig dat het testen niet eens mogelijk of zinnig is. Er zijn drie gradaties en aan elke graad is een actie gekoppeld. 

Graad 1
De sporter is niet buiten bewustzijn geraakt. Zolang de symptomen van een hersenschudding aanwezig zijn, blijft de sporter aan de kant. Als die symptomen binnen een kwartier voorbij zijn, is een terugkeer in het veld mogelijk. Blijf de speler observeren en zoek af en toe contact. Laat bij twijfel de sporter niet meer meedoen. Als de symptomen langer dan een kwartier hebben geduurd, moet je de sporter ook niet meer laten meedoen. 

Graad 2
De speler is buiten bewustzijn geraakt en binnen vijf minuten weer bijgekomen. Het geheugenverlies duurt niet langer dan een halfuur. De sporter dient uit de wedstrijd te worden gehaald en moet naar de kleedkamer worden gebracht, waar hij onder observatie moet blijven totdat vervoer naar huis is geregeld. Aan graad2 moet minimaal de huisarts te pas komen.

Thuis moet wekbeleid in acht worden genomen. Dit houdt in dat gedurende 24 uur na het oplopen van de hersenschudding  de sporter elk uur wakker wordt gemaakt. Wanneer de sporter op andere wijze dan voor hem gebruikelijk wakker wordt (uitermate traag reageren) of als hij buiten bewustzijn is geraakt, direct 112 bellen! 

Graad 3
De sporter is langer dan vijf minuten buiten bewustzijn en/of het geheugenverlies duurt langer dan een halfuur. Voor het vervoer naar het ziekenhuis moet een ambulance ingeschakeld worden. 


Bij twijfel over de ernst van de hersenschudding altijd de huisartsenpost raadplegen! 

Afwikkeling
Wanneer er niemand anders is die zich over het slachtoffer kan ontfermen, draag  dan als trainer/begeleider zorg voor het transport naar huis, verwijzing naar de huisarts of het ziekenhuis en communicatie met het thuisfront.

Zorg ervoor dat je voor jezelf de kwestie altijd goed afrondt!